36. Goed bedoelde vergissing is geen discriminatie!

Wanneer je, zoals ik, dagelijks de inhoudelijke artikelen, rubrieken en columns van Trouw leest valt het je misschien ook op dat er een in intensiteit toenemende discussie lijkt plaats te vinden over algemene en liefst gender-neutrale aanspreekvormen. Een ding is mij wel duidelijk geworden in deze nog niet besliste discussie: er kan altijd een groep zich verwaarloosd, gediscrimineerd of geschoffeerd voelen, wat we gezamenlijk ook afspreken. Wordt het niet eens tijd voor een collectieve therapiesessie voor alle Nederlanders (en met die aanduiding doel ik op alle in Nederland wonende mensen, al dan niet legaal, wit, enzovoort) waarin je leert om niet direct in die slachtofferstuip te schieten? Je beledigd voelen is in het geval van oprechte vergissingen bij de ‘dader’ helaas een keuze. Neem de volgende voorbeelden.

Geheel tegen mijn principe “gij zult niet zweten” in ren ik toch om de bus te halen en hier is waarom: terwijl mijn vinger nog bezig is op de deur-open-knop te drukken rijdt de bus weg. Een vrouw die er naast staat toe te kijken zegt medelijdend: Ach, en jij mag in jouw situatie niet eens rennen! Dus ik moest even schakelen (hoezo, mijn situatie?) en stelde haar opgelucht gerust: nee hoor, ik ben niet zwanger! Het arme mens put zich uit in excuses voor deze vermeende belediging en ook al zeg ik nog, vriendelijk lachend: Ik weet ook wel dat ik een buik heb, ik ben niet blind en kijk ook in de spiegel! is het leed toch geleden, ik krijg dat idee van een belediging niet meer uit haar hoofd. Voorbeeld van een goedbedoeld misverstand dat zich niet wil laten rechtzetten. Waarom zijn vrouwen zo koppig?

Op de speelplaats van de basisschool van mijn kinderen dezelfde ervaring: ik kom aangerend want ik wil voor de bel nog iets regelen, word ik afgeremd door een opmerking van een andere moeder die mij kritisch toesist: dat kan jij in jouw positie echt niet meer doen! Leg ik dus uit dat mijn buik misschien wel zwanger oogt maar dat echt niet is en laat ik in mijn haast iemand achter met een schuldgevoel dat torenhoog is. Maar ik laat mij niet in de slachtofferrol dwingen, ik weiger! En die buik blijft.

Toen ik mijn allereerste les op mijn eerste school ging geven stond ik in een drukke gang te worstelen met het slot van het lokaal. En terwijl ik opgelucht dacht: gelukkig, hij gaat open! kreeg ik mijn eerste vraag van een van mijn leerlingen, een jongen: Mevrouw Reinsma? Ja! Bent u zwanger? Mijn antwoord ging verloren in het gedrang van het binnenlopen van mijn klas. Deze jongen had geen last van schuldgevoel, hij was gewoon benieuwd. Houd dat vast!